Een onderzoek dat in 2021 werd uitgevoerd door een team van Nederlandse onderzoekers toonde aan de hand van een interessant experiment aan hoe lichamelijke activiteit een zeer positief effect heeft op het vermogen om te studeren, te leren en te onthouden.
Het is niet de eerste keer dat wetenschappers motorische activiteit in verband brengen met hersencapaciteit en aanleg om te studeren, maar de resultaten van dit onderzoek vonden daadwerkelijk een positieve correlatie tussen het kortetermijngeheugen en lichamelijke activiteit.
Het onderzoek werd uitgevoerd aan het Donders Instituut van het Radboud Universitair Medisch Centrum in Nederland en gepubliceerd in 'Current Biology'.
Een studie uitgevoerd door een team van Nederlandse onderzoekers in 2021 toonde in een interessant experiment aan hoe lichaamsbeweging een zeer positief effect heeft op het vermogen om te studeren, te leren en te onthouden.
Het onderzoek werd uitgevoerd aan het Donders Instituut van het Radboud Universitair Medisch Centrum in Nederland en gepubliceerd in 'Current Biology'.
Tijdens het onderzoek werd 72 mensen gevraagd om gedurende 40 minuten 90 verschillende afbeeldingen te onthouden. Daarna werden deze deelnemers in drie groepen verdeeld: één groep was in rust, de andere twee deden aan fitness (35 minuten fietsen met lichaamsbeweging) op verschillende tijdstippen (direct en na 4 uur). De onderzoekers voltooiden het onderzoek door te kijken welke beelden de deelnemers zich konden herinneren door ze te onderwerpen aan MRI (Magnetic Resonance Imaging).
Wat uit het onderzoek naar voren kwam, de directe observaties, was dat degenen die vier uur na het onthouden van de beelden oefenden met de hometrainer in staat waren om een groter aantal beelden te onthouden dan de anderen, en ook meer aandacht toonden voor de details van de beelden zelf.
Op chemisch-cerebraal niveau werd opgemerkt dat bij deze proefpersonen het gebied van de hippocampus (gebruikt voor geheugen en leren) actiever en efficiënter leek te zijn. Volgens de onderzoekers komt dit door de afscheiding, tijdens fysieke activiteit, van 'catecholamine' moleculen zoals dopamine en adrenaline.